pitfruit > appelpeer of nashi

  • De appelpeer of Aziatische zandpeer  is een opvallende boom voor de fruittuin/siertuin.
  • In het voorjaar is het een erg opvallende, bloeiende boom.
  • Einde augustus - begin september kan je de opvallende appelvormige vruchten bewonderen en proeven.
  • De mooi gekleurde, ronde vruchten zijn bijzonder sappig. Ze zijn zeer geschikt voor bloemsierkunst en om te verwerken tot fruitsla.

Plantkundige kenmerken van de Aziatische zandpeer:

Naamgeving:

  • Pyrus pyrifolia en Pyrus Pyrifolia-hybriden: Aziatische zandpeer, waterpeer, appelpeer, nashi, meloenpeer, Japanse peer. (Nashi is het Japanse woord voor peer.)
  • Familie: Rosaceae; Onderfamilie: Pomoideae
  • De Pyrus pyrifolia komt van nature voor in China en Japan.

Etymologische betekenis van Pyrus pyrifolia (= wetenschappelijke plantennaam):

  • Pyrus is een oude plantennaam voor peer.
  • Communis betekent algemeen, gewoon; verwijzing naar het algemeen voorkomen in Europa; gewone Europese peer.
  • Pyrifolia Van Pyrus (= peer) en folius (= blad). Met bladeren zoals het Pyrus geslacht.
  • Meer lezen over de oorsprong en verklaring van Latijnse plantennamen: "ABC van het plantenlatijn. Betekenis van botanische namen".

    Fruitbomen met opvallend decoratieve appelvormige perenvruchten:
  • Pyrus pyrifolia- Aziatische zandpeer
  • De opvallende vruchten zijn behalve als versiering in de tuin en verwerking tot fruitsla en gelei ook bruikbaar in bloemsierkunst. Ze hebben een sterke geur.
  •  De vruchten zijn bijzonder saprijk en lijken van smaak en structuur op watermeloenen.
  •  Als echte "eetpeer" zijn ze meestal minder geschikt. De vruchten zijn slechts een korte tijd te bewaren.

Plantenfamilie:  

  • Familie: Rosaceae; Onderfamilie: Pomoideae (Pitfruit)
  •  De Pyrus pyrifolia is zeer nauw verwant met de Pyrus communis (gewone peer of Europese peer).
  • Pyrus pyrifolia, Aziatische zandpeer of waterpeer. Mooi groen blad.
  • Het is een eenhuizige plant die door insecten bestoven moet worden. Om een hoge vruchtenproductie te bekomen is een ander bestuivend ras noodzakelijk.
  • Het blad is iets smaller dan bij de gewone peren. Ook de bladsteel is opvallend lang.
  • Normaal zijn de bomen zeer goed winterhard in ons klimaat.

Planttips voor appelperen - Pyrus pyrifolia:

  • De pH mag licht zuur tot neutraal zijn. Op een te kalkrijke grond kan echter chlorose optreden.
  • Kies een plaats uit die niet te laaggelegen is, om te voorkomen dat de bloeiende bomen gevoeliger worden voor lentenachtvorst.
  •  Ze groeien best op een zonnige plaats, maar verdragen ook half schaduw. Een zonnige standplaats doet het suikergehalte in de vruchten stijgen. Ook zijn de planten dan minder gevoelig voor schimmelaantastingen.

Vermeerdering door veredelen van de appelpeer:

  • Veredelen (enten/ oculeren/ schildgriffelen) op Kwee A met tussenstam. (KAT = Cydonia oblonga 'Kwee A' met tussenstam peer).
  •  Enten op Pyrus-zaailingonderstammen geeft de grootste en sterkst groeiende fruitbomen. Hiervoor is o.a. de Pyrus 'Pyrodwarf' bruikbaar.
  • Zelf geef ik de voorkeur aan KAT, dwz. Kwee A met Tussenstam van 'Beurré Hardy' ofwel 'Doyenné du Comice'.

 Zaaien?

  • Zaaien van appelperen is minder aan te raden. Het vermeerderen door zaaien is enkel bruikbaar om nieuwigheden en om sterkgroeiende zaailingonderstammen te bekomen.
  • Zonder te enten moet u ca 10-12 jaar rekenen vooraleer een zaailing zal bloeien en vruchten geven.
  • Een takje van een zaailing kan wel geënt worden op een andere appelpeer of op een gewone peer (Pyrus communis) en dan kunnen er na 2 jaar reeds bloemen zijn.
  • De zaden na het verwijderen van het vruchtvlees niet laten uitdrogen, maar vochtig & koel bewaren door "laagstapelen" (stratificeren) in een pot met vochtig zand.
  • Zodra de zaden kiemen uitzaaien bij in een pot met zaaigrond, bij een temperatuur van ca 10-20°C.
  • Zaden die toch uitgedroogd zijn, kunnen enkele uren in lauw water geweekt worden.

Planttips voor appelpeer in de fruit- en siertuin:

  • De pH mag licht zuur tot neutraal zijn. Op een te kalkrijke grond kan echter chlorose optreden.
  • Kies een plaats uit die niet te laaggelegen is, om te voorkomen dat de bloeiende bomen gevoeliger worden voor lentenachtvorst.
  •  Ze groeien best op een zonnige plaats, maar verdragen ook half schaduw. Een zonnige standplaats doet het suikergehalte in de vruchten stijgen. Ook zijn de planten dan minder gevoelig voor schimmelaantastingen.
  • Plantafstanden van bomen: 1,5 - 2 meter. De rij-richting om te planten is bij voorkeur  noord-zuid.
  • Appelperen groeien optimaal op humusrijke, vochthoudende, matig stikstofrijke gronden die niet te nat of te droog zijn.
  • Op goede grond is de productie beter dan op minder goede grond.

 

Appelperen snoeien en vruchtdunning: 

  • Jonge perenbomen kan je best in het voorjaar (maart) snoeien.
  • Oudere bomen kunnen van februari tot maart gesnoeid worden.  Zie "Fruit-snoeikalender"
  • Een goede vruchtdunning in juni is noodzakelijk. Laat per meter taklengte slechts 4-5 vruchten staan.

Tabel rassenoverzicht Pyrus pyrifolia (appelpeer, Aziatische zandpeer): 

Ras Plantkenmerken Oogsttijd Vrucht Kenmerken
Hakko Zeer productief half sept Geelgroen, bronskleurig Iets groter dan Nijiseiki
Hosui Zeer productief Half aug Bronskleurige schil Soms zeer dik
Kosui Zeer productief Half aug Bronskleurige schil
Nijiseiki Matige groei, zelfbestuiver Half aug Gele schil Licht geparfunmeerd
Shinko Begin sept Bronskleurige schil
Shinseiki Half aug Gele schil Dunne, gevoelige schil
Shinsui Begin aug Bronskleurige schil

Opmaak: © Guy De Kinder